Fenytoïne

Esculaap Neem het voorbehoud bij medische informatie in acht.
Raadpleeg bij gezondheidsklachten een arts.
Fenytoïne

Fenytoïne of difenylhydantoine (chemische naam 5,5-diphenylimidazolidine-2,4-dione, C 15 H 12 N 2 O 2 {\displaystyle {\ce {C15H12N2O2}}} ) is een al lang bestaand anti-epilepticum. Fenytoïne onderdrukt de abnormale hersenactiviteit die de epileptische aanval veroorzaakt, door de elektrische geleiding te verminderen; het stabiliseert daartoe de inactiviteit van de natriumkanalen. Het is vanwege de lastige bijwerkingen een reservemiddel bij de behandeling van epilepsie. Het middel wordt gebruikt bij het corrigeren van hartritmestoornissen bij digoxine-intoxicatie.

De stof is opgenomen in de lijst van essentiële geneesmiddelen van de WHO.

Merknamen

Het octrooi van fenytoïne is al lang verlopen; het staat ook bekend onder de merknamen Difantoine-Z[1] en Epanutin.

Geschiedenis

Fenytoïne (difenylhydantoïne) is voor het eerst geproduceerd door de Duitse chemicus Heinrich Biltz in 1908.[2] In 1938 werd de bruikbaarheid voor de behandeling van epilepsie ontdekt, waarbij minder sufheid optreedt dan bij fenobarbital, dat tot dan toe het enige effectieve middel was.

Dosering

Fenytoïne is lastig te doseren. Men tracht een bloedspiegel te bereiken tussen de 8 en de 20 mg per liter. Dit therapeutische gebied ligt bij de meeste mensen vlak bij het verzadigingspunt van de leverenzymen. Daardoor geeft, juist daar waar een precieze dosering noodzakelijk is, een minimale dosiswijziging vaak een groot effect. Wanneer het niet goed lukt de spiegel te stabiliseren, heeft de patiënt wisselend bijwerkingen en aanvallen.

Bijwerkingen

Neurologie

In therapeutische doseringen veroorzaakt fenytoïne een horizontale instelnystagmus die geen kwaad kan, maar door de politie ten onrechte voor een teken van alcoholgebruik gehouden kan worden. Bij overdosering, is de patiënt suf, heeft trillende handen; vertoont cerebellaire ataxie (dat wil zeggen dat hij beweegt als een beschonkene), blikverlamming en eventueel toevallen. Fenytoïne kan zich bij chronische overdosering ophopen in de hersenschors, en atrofie veroorzaken van het cerebellum.

Bloedafwijkingen

Fenytoïne kan gebrek aan foliumzuur met als gevolg bloedarmoede veroorzaken. Fenytoïne kan de aanmaak verstoren van witte bloedcellen agranulocytose, rode bloedcellen aplastische anemie en bloedplaatjes, trombocytopenie.

Vitamine D

Fenytoïne kan vitamine D gebrek en botontkalking veroorzaken.

Teratogeniteit

Fenytoïne is teratogeen, dat wil zeggen dat het tijdens de zwangerschap aangeboren afwijkingen kan veroorzaken: afwijkingen van schedel en gelaat (brede neusbrug, lip- en gehemeltespleet, kleine hersenschedel) en een lichte verstandelijke beperking. Het syndroom lijkt op het foetaal alcoholsyndroom.[3][4]

Tandvlees

Fenytoïne kan woekering van het tandvlees en vergroving van het gelaat veroorzaken.

Lever

Fenytoïne kan leverfunctiestoornisen en cholestase veroorzaken.

Dermatologie

Allergie, zoals huiduitslag, is meestal dosisonafhankelijk. Fenytoïne kan systemische lupus erythematodes veroorzaken.[5] Levensbedreigende huidreacties zoals het syndroom van Stevens-Johnson en toxische epidermale necrolyse zijn beschreven bij patiënten met de erfelijke eigenschap HLA-B*1502.[6]

Immuniteit

Fenytoïnegebruik kan een omkeerbare IgA-deficiëntie veroorzaken met toegenomen kwetsbaarheid voor infecties als gevolg.[7]

Hartritmesstoornissen

Fenytoïne heeft effect op het hartritme. Het onderdrukt de elektrische activiteit van boezem en kamer.

Interacties

Fenytoïne is een inductor van CYP3A4 en CYP2C19 van het P450-enzym dat verantwoordelijk is voor de afbraak van medicijnen in de lever. Fenytoïne en carbamazepine versnellen elkaars afbraak. Er is een lange lijst bekend van interacties met andere medicijnen. Antistolling zoals acenocoumarol kan de fenytoïnespiegel verhogen.

Externe link

  • Farmacotherapeutisch Kompas
Bronnen, noten en/of referenties
  • Er is beperkt gebruikgemaakt van de Engelstalige Wikipedia; met name is de conclusie meer conform de Nederlandse richtlijnen.
  1. Registratietekst Nederland. Gearchiveerd op 21 augustus 2010. Geraadpleegd op 20 maart 2019.
  2. Biltz, H. (1908). Constitution of the Products of the Interaction of Substituted Carbamides on Benzil and Certain New Methods for the Preparation of 5,5-Diphenylhydantoin 41: 1379–93.
  3. Beckmann, Charles R., et al. (2002), Obstetrics and Gynecology, 4th. Lippincott Williams & Wilkins, Baltimore.
  4. CDC. (2004). Fetal Alcohol Syndrome: Guidelines for Referral and Diagnosis. Can be downloaded at https://web.archive.org/web/20070505061132/http://www.cdc.gov/fas/faspub.htm.
  5. Scheinfeld N (August 2003). Phenytoin in cutaneous medicine: its uses, mechanisms and side effects. Dermatol. Online J. 9 (3): 6. PMID 12952753.
  6. Man CB, Kwan P, Baum L, et al. (May 2007). Association between HLA-B*1502 allele and antiepileptic drug-induced cutaneous reactions in Han Chinese. Epilepsia 48 (5): 1015–8. PMID 17509004. DOI: 10.1111/j.1528-1167.2007.01022.x.
  7. Gilhus NE,Aarli JA (1981). The reversibility of phenytoin-induced IgA deficiency. J. Neurol. 226 (1): 53–61. PMID 6181216. DOI: 10.1007/BF00313318.