Scheeliet
Scheeliet | ||||
---|---|---|---|---|
Mineraal | ||||
Chemische formule | CaWO4 | |||
Kleur | Kleurloos, wit of gelig | |||
Streepkleur | Wit | |||
Hardheid | 4 tot 5 | |||
Gemiddelde dichtheid | 6,01 kg/dm3 | |||
Glans | Glas | |||
Opaciteit | Doorzichtig tot doorschijnend | |||
Splijting | [010] Duidelijk | |||
Kristaloptiek | ||||
Kristalstelsel | Tetragonaal | |||
Lijst van mineralen | ||||
|
Het mineraal scheeliet is een calcium-wolframaat met de chemische formule CaWO4.
Eigenschappen
Het doorzichtig tot doorschijnend kleurloze, witte, of gelige scheeliet heeft een glasglans, een witte streepkleur en de splijting van het mineraal is duidelijk volgens het kristalvlak [010]. Het kristalstelsel is tetragonaal. Scheeliet heeft een gemiddelde dichtheid van 6,01, de hardheid is 4 tot 5 en het mineraal is niet radioactief.
Naamgeving
Het mineraal scheeliet is genoemd naar de Zweedse scheikundige Karl Wilhelm Scheele (1742 - 1786).
Voorkomen
De typelocatie van scheeliet is de Bispberg ijzer-mijn, Säter, Dalarna, Zweden. Prospectie is uiterst eenvoudig, maar moet 's nachts worden uitgevoerd. Scheeliet zendt namelijk een sterk violet tot wit fluorescerend licht uit wanneer het wordt beschenen met ultraviolet licht.
Zie ook
- Lijst van mineralen